Schriftelijke vragen van Remco Dijkstra en Rudmer Heerema (beiden VVD) aan de staatssecretaris van I&M over onderzoek naar de gezondheidsrisico’s van kunstgrasvelden.
1. Bent u bekend met de uitzending van Zembla ‘gevaarlijk spel’ over onderzoek naar de gezondheidsrisico’s die mensen lopen bij sport op kunstgrasvelden?[1]
2. Bent u, net als de VVD, van mening dat er geen twijfel mag bestaan over de risico’s die kinderen kunnen lopen als zij sport beoefenen op kunstgrasvelden?
3. In hoeverre klopt het dat autobanden en rubbergranulaat kankerverwekkende stoffen bevatten zoals zink, lood, benzeen en PAX’s ( polycyclische aromatische koolwaterstoffen) en klopt het dat dit granulaat op kunstgrasvelden wordt toegepast waar dagelijks duizenden kinderen op sporten?
4. Bestaan er richtlijnen voor het gebruik van rubbergranulaat of andere toepassingen op kunstgrasvelden waar sport wordt beoefend? Zo ja, wat zijn die richtlijnen? Hoe wordt daarop toegezien? Bent u van mening dat er specifiekere richtlijnen moeten komen?
5. Kunt u een toelichting geven over een onderzoek dat in Hendrik-Ido-Ambacht heeft plaatsgevonden over de relatie tussen de gezondheidsklachten van de omwonenden en het rubber op de naburige kunstgrasvelden? Op welke manier is dit onderzoek betrokken bij later onderzoek van het RIVM?
6. Klopt het dat het RIVM erkent dat haar eigen onderzoek uit 2006 niet representatief is om de gezondheid te meten? Wat betekent dit voor het onderzoek? Waarom wordt pas tien jaar na dit onderzoek deze conclusie getrokken?
7. Deelt u de mening van de VVD dat het RIVM een nieuw, representatief en vooral volledig - met een grotere onderzoeksgroep, inclusief kinderen - onderzoek moet uitvoeren? Kan een dergelijk onderzoek een conclusie geven of rubbergranulaat en andere gebruikte stoffen op kunstgrasvelden, gevaarlijk of ongevaarlijk zijn voor de volksgezondheid van onze jeugd? En deelt u de mening dat dit onderzoek ook effecten op langere termijn moet kunnen weergeven?